Introduction book presentation Oxford Handbook of Dutch Politics

Abstract

During my introduction at the book presentation of the Oxford Handbook of Dutch Politics, I highlighted the unique location, once a center of political decision-making and now a hub for academic research. The handbook, with 47 chapters by over 80 authors, offers a comprehensive overview of Dutch politics. It reflects on changes and continuities in politics, policy, and society. Key lessons address democratic challenges and the strength of collaboration. Thanks to contributions from colleagues and editors, this work provides a solid foundation for future research and debate.

Date
Dec 10, 2024 4:15 PM — 5:30 PM
Location
Wijnhaven

Spreektekst

Beste mensen,

Wat fijn om u hier te mogen begroeten voor de presentatie van het Oxford Handbook of Dutch Politics. Dat doe ik ook namens mijn mede-redacteuren, Sarah de Lange, Paul ’t Hart en Carolien van Ham. Velen van u zullen allicht nog weten dat op deze plek van 1976 tot 2012 de ministeries van Binnenlandse Zaken en Justitie gevestigd waren. Nadat zij hier vertrokken is het gebouw geheel gestript, zodat hier een prachtig universitair gebouw kon openen. Waar men hier vroeger politiek en beleid maakte, wordt dit hier nu door wetenschappers bestudeerd. Een zeer passende locatie dus voor de presentatie van een academisch handboek over de Nederlandse politiek.

Het is een schier onmogelijke taak om in 10 minuten recht te doen aan het Oxford Handbook of Dutch Politics. Allereerst omdat het een omvangrijk werk is – 850 pagina’s waarin meer dan 80 auteurs in 47 hoofdstukken een deelaspect van de Nederlandse politiek, bestuur en beleid bespreken. Maar ook vanwege het karakter van zo’n boek: het is niet opgebouwd rond een centrale stelling of vraag, maar poogt hoofdstuksgewijs een overzicht te geven van een scala aan aspecten van de Nederlandse politiek, de stand van onze wetenschappelijke kennis en een onderzoeksagenda voor de komende 10 jaar. Hoewel wij als redactie hebben gepoogd om hier enige lijn in aan te brengen, doet het eindproduct toch meer denken aan een organisch gevormde binnenstad zoals die van Deventer of Delft, dan het strakke stadsplan van New York of Brasilia.

Daarom beperk ik mij vandaag tot twee zaken. Allereerst een vogelvlucht over de diverse delen van het Handbook. Daarmee krijgt u een beeld over wat dit boek te bieden heeft. Daarna zal ik een poging doen om een paar grote lijnen te schetsen, enkele lessen over de Nederlandse politiek die je uit dit handboek zou kunnen halen.

In het eerste deel staan historische perspectieven centraal. Op de formatie van de veiligheidsstaat, over de stijl van de Nederlandse politiek, het begrip ‘pacificatiepolitiek’ en de welvaartsstaat. Daarna volgen de centrale staatsinstellingen volgens de trias politica, de wetgevende, rechtsprekende en uitvoerende macht, met in het bijzonder ook aandacht voor de monarchie. In het deel over territoriale politiek wordt benadrukt dat de Nederlandse politiek zich niet beperkt tot Den Haag als zetel van het landsbestuur. Op subnationaal niveau zijn de gemeenten, regionale samenwerking daartussen en de provincies en waterschappen, van centraal belang. En boven het landsniveau, de Europese Unie en de politiek in het Koninkrijk der Nederlanden.

Deel 4 gaat over sociale scheidslijnen, publieke opinie, democratische legitimiteit, politieke participatie, diverse kenmerkende politieke thema’s en de opkomst van het populisme. In deel 5 staan belangrijke politieke processen en de daarbij betrokken actoren centraal: verkiezingen, campagnevoering, partijen- en partijsysteem, coalitievorming, politieke vertegenwoordiging en verantwoording, media, agendasetting, belangengroepen, en crisisbeheersing. En in het laatste deel van het boek gaat het over de politiek van publieke beleidsvorming, waarbij een breed scala aan beleidsonderwerpen hoofdstuksgewijs wordt besproken: van economisch beleid, de arbeidsmarkt, onderwijs en zorg, tot landbouw, klimaatverandering, veiligheidsbeleid, migratiebeleid, buitenlands beleid, innovatiebeleid en bestuurlijke vernieuwing.

Het Handbook biedt dus een enorme rijkdom aan inzichten op onderwerpen en thema’s rondom de Nederlandse politiek. Maar onze collega’s waren desalniettemin niet te beroerd om nog een paar extra suggesties aan de hand te doen: “Waarom hebben jullie eigenlijk geen hoofdstuk gepland over zus of zo?” Kregen we dan te horen. Ze hadden vast gelijk, maar met 47 vonden we het ook wel mooi geweest.

Welke lessen kunnen we hieruit nu trekken over de Nederlandse politiek? In de inleiding van het Handbook contrasteren we de situatie in 1963, bijna aan het einde van de verzuiling, met die eind vorig jaar. Dan zie je 60 jaar aan grote veranderingen, bijvoorbeeld een aanzienlijk grotere etnische diversiteit, een kleinere rol voor religie en klasse, lagere niveaus van partijlidmaatschappen, een meer reactieve stijl van beleidsvorming, Europeanisering en decentralisatie. Maar veel zaken zijn ook grotendeels hetzelfde gebleven, met name de institutionele structuur van de Nederlandse politiek en de manier waarop politieke besluiten worden genomen. Het kiesstelsel veranderde slechts marginaal, de rol van het parlement bleef grotendeels hetzelfde, en nog steeds is de politiek van accommodatie achter gesloten deuren de centrale manier waarop belangrijke politieke besluiten worden genomen. Op sommige thema’s, actoren en onderwerpen staat daarom aanzienlijke verandering centraal in het Handbook, terwijl in andere hoofdstukken wordt geconcludeerd dat de structuur en praktijk van de Nederlandse politiek vooral veel stabiliteit heeft laten zien in de laatste 60 jaar.

En toen kwamen de verkiezingen van november 2023. We waren dit project begin 2022 gestart en de inleiding was grotendeels voltooid ten tijde van die verkiezingen. Er was nog net tijd om die verkiezingen en de uitslag daarvan een plek te geven in het inleidende hoofdstuk. Of deze verkiezingen een nieuwe kritieke wending in de Nederlandse politiek betekenen is nu nog lastig te zeggen. Maar een dergelijk handboek biedt juist de achtergronden en een schets van de historische ontwikkelingen waardoor we de huidige ontwikkelingen beter in perspectief kunnen plaatsen.

In dat opzicht biedt de huidige gecompliceerde politieke situatie de kans om iets te doen aan een relatieve zwakte van de Nederlandse politiek. Zoals Andeweg & Thomassen het in 2011 al beschreven: de Nederlandse politiek is goed in afspiegelen, maar niet zo goed in afrekenen. Een regering geheel wegstemmen gebeurt niet. Maar met een regering met een duidelijk rechts profiel dient zich de kans aan op een helder links oppositieblok, waardoor de kiezer een echte keuze zou kunnen krijgen bij volgende verkiezingen.

Aan de andere kant kan de huidige politieke situatie ook een bedreiging vormen voor de relatieve sterktes van de politiek in Nederland. Waarbij politieke elites de maatschappelijke polarisatie door brede politieke samenwerking wisten te kanaliseren. Waar democratisch meerderheidsdenken werd gebalanceerd met oog voor de positie en rechten van minderheidsgroepen. Waar het recht niet primair werd gezien als sta-in-de-weg voor het vervullen van politieke wensen.

Voor mij is één belangrijke les van dit boek dat de Nederlandse democratie weliswaar behoorlijk gesloten is, met beperkte kansen voor politieke participatie, relatief beperkte invloed van kiezers en met langdurige besluitvormingsprocessen, maar dat wij de sterke kanten rondom afspiegeling en beleidsvorming niet als gegeven mogen beschouwen. Er is veel te winnen, maar ook te verliezen.

Een laatste les gaat niet over de inhoud, maar over het proces. En dan niet het politieke proces, maar dat van het samenstellen van een boek als dit. Alleen dankzij de bereidheid van meer dan 80 collega’s tot het leveren van een bijdrage, kon dit boek tot stand komen. We zijn zeer dankbaar dat zo veel wetenschappers tijd hebben willen steken in het delen van hun expertise. In het bijzonder noem ik Rudy Andeweg, voor vele van ons een leidende collega, mentor en vriend, die helaas het verschijnen van het boek waaraan ook hij bijdroeg niet mocht meemaken. Ook een woord van dank aan de medewerkers van Oxford University Press, die met hun professionaliteit en kritische oog een onmisbare bijdrage hebben geleverd aan de totstandkoming van het eindproduct. En ten slotte een groot woord van dank aan mijn drie mederedacteuren. ‘Amigo’s!’ zo trapt Paul mails naar het redactieteam tegenwoordig af. En dat zegt genoeg. Ik ben er erg blij mee – en ook wel een beetje trots op – dat het gelukt is om zo’n bundel binnen drie jaar geheel af te ronden (voor de journalisten onder u: dat is een moordend tempo voor zo’n wetenschappelijke bundel!). De goede en vrolijke samenwerking was daarbij onontbeerlijk, maar vooral ook fantastisch.

Wij kijken er naar uit om de bundel vandaag te bespreken met drie vooraanstaande collega’s en met ieder van u in de zaal. En we hopen dat de discussie en het onderzoek naar politiek en bestuur in Nederland in de komende jaren gevoed mag blijven worden door het Oxford Handbook of Dutch Politics.

Tom Louwerse
Tom Louwerse
Associate Professor

Associate Professor in Political Science at Leiden University